-
1 iemand flink de waarheid zeggen
iemand flink de waarheid zeggendire à qn. ses quatre véritésDeens-Russisch woordenboek > iemand flink de waarheid zeggen
-
2 iemand (flink, terdege, ongezouten) de waarheid zeggen
iemand (flink, terdege, ongezouten) de waarheid zeggendire ses (quatre) vérités à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand (flink, terdege, ongezouten) de waarheid zeggen
-
3 iemand (flink/ongezouten) de waarheid zeggen
iemand (flink/ongezouten) de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand (flink/ongezouten) de waarheid zeggen
-
4 flink
2 [groot van afmeting, hoeveelheid] bon/bonne3 [sterk van karakter] énergique♦voorbeelden:een flinke vent • un solide gaillarddat meisje is flink voor haar leeftijd • cette fille est grande pour son âgeeen flink pak slaag krijgen • recevoir une bonne peignéeeen flinke slok • une bonne gorgéeeen flinke som • une somme considérableeen flinke tijd • un bon bout de tempszich flink houden • ne pas se laisser allerII 〈 bijwoord〉1 [in sterke mate] bien♦voorbeelden:flink groeien • bien pousseriemand flink onder handen nemen • réprimander vertement qn.iemand flink de waarheid zeggen • dire à qn. ses quatre véritésmet flink veel water • à grande eau -
5 waarheid
1 [het ware, echtheid] truth♦voorbeelden:1 de gehele waarheid en niets dan de waarheid zeggen • say the whole truth and nothing but the truthde harde waarheid • the hard truthde naakte/nuchtere waarheid • the bald/naked truthhet is de zuivere waarheid • it's the simple truthde waarheid achterhalen • get at/find out the truthde waarheid gebiedt (mij) te zeggen, dat … • in all honesty I am compelled to say that …niet voor de waarheid durven uitkomen • not dare to tell the truthiemand (flink/ongezouten) de waarheid zeggen • tell someone a few home truthsom (u) de waarheid te zeggen • to be honest (with you), to tell (you) the truthver bezijden de waarheid zijn • be far removed from the truthnaar waarheid antwoorden • answer truthfullyaldus naar waarheid ingevuld • I hereby certify that the above information is correct to the best of my knowledge and beliefde waarheid te kort doen • not be quite truthfulde waarheid ligt in het midden • the truth is/lies (somewhere) in betweenin strijd met de waarheid • contrary to the truthde waarheid geweld aandoen • strain/stretch the truth2 historische waarheden • historical facts/truthsde onverbloemde waarheid • the plain truth/facteen waarheid als een koe • a truism -
6 waarheid
♦voorbeelden:iemand (flink, terdege, ongezouten) de waarheid zeggen • dire ses (quatre) vérités à qn.om de waarheid te zeggen • à vrai direbezijden de waarheid • à côté de la vériténaar waarheid • conformément à la véritéeen waarheid als een koe • une vérité de la Palicein strijd met de waarheid • contraire à la véritéde waarheid geweld aan doen • faire une entorse à la vérité -
7 vérité
vérité [veerietee]〈v.〉1 waarheid ⇒ werkelijkheid, waarachtigheid♦voorbeelden:vérité banale • gemeenplaatsconforme à la vérité • waarheidsgetrouwvérité mathématique • wiskundig principe, axiomavérité première, primitive • fundamentele waarheidc'est la pure vérité • het is echt waar〈 spreekwoord〉 il n'y a que la vérité qui blesse 〈 verdiende verwijten kwetsen het meest〉dire ses quatre vérités à qn. • iemand flink de waarheid zeggendire des vérités • open deuren intrappen〈 spreekwoord〉 la vérité sort de la bouche des enfants • kinderen en gekken (dronken mensen) zeggen de waarheidà la vérité • weliswaaren vérité • waarlijkf1) waarheid -
8 Bescheid
Bescheid〈m.; Bescheid(e)s, Bescheide〉♦voorbeelden:1 jemandem Bescheid sagen • (a) iemand op de hoogte brengen; (b) iemand zijn mening, de waarheid zeggenin einer Stadt Bescheid wissen • in een stad bekend zijner wusste um alles Bescheid • hij wist er alles van -
9 fait
fait1 [fe]〈m.〉2 feit ⇒ gebeurtenis, voorval3 feit ⇒ werkelijkheid, realiteit, verschijnsel4 zaak ⇒ geval, onderwerp6 eigenschap ⇒ karaktertrek, voorkeur, smaak♦voorbeelden:les faits et gestes de qn. • iemands doen en laten, handel en wandelhauts faits • heldendadenle fait de parler • het sprekenpar son fait • door zijn toedoenquestion de fait • praktisch probleemfait social • maatschappelijk verschijnselmettre au fait • op de hoogte brengende fait, en fait, par le fait • in werkelijkheiden venir au fait • ter zake komenau fait! • ter zake!en fait de • op het gebied van; bij wijze vanprendre qn. sur le fait • iemand op heterdaad betrappenla superstition n'est pas le fait d'un homme libre • bijgeloof past niet bij een vrij mensprendre fait et cause pour qn. • het voor iemand opnementout à fait • helemaalau fait • eigenlijk, tussen twee haakjesde ce fait • daaromdu fait de • tengevolge vandu fait que • door het feit datdu seul fait de • vanwege het simpele feit vandu seul fait que • enkel en alleen doordat→ voie————————fait2 [fe]1 gemaakt ⇒ gedaan, uitgevoerd3 gebouwd ⇒ gevormd, geschapen♦voorbeelden:des yeux faits • opgemaakte ogenc'est fait, voilà qui est fait • ziezo, klaar is Keesl'homme est ainsi fait que • het ligt in de aard van de mens omtout fait • kant-en-klaarcostume tout fait • confectiepakêtre fait pour • geschapen zijn vooridée toute faite • vooroordeelphrase toute faite • cliché, standaardformule(ring)fait à • gewend aanadj1) gemaakt2) gedaan, uitgevoerd3) volwassen -
10 Maß
Maß1〈v.; Maß, Maß(e)〉 〈 Zuid-Duitsland, Oostenrijk〉————————Maß2〈o.; Maßes, Maße〉2 maat, meetwerktuig♦voorbeelden:2 ein gerüttelt Maß • een hele hoop, heel watdas Maß an etwas 〈 4e naamval〉 anlegen • iets af-, opmetendas Maß ist voll! • de maat is vol!ein Anzug nach Maß • een pak op maatMaß halten • maathouden, zich matigenetwas auf das rechte Maß bringen • iets tot de juiste proporties terugbrengenin, mit Maßen • met matein reichem Maße • in ruime mate〈 formeel〉 über alle, die Maßen • buitengewoon, bovenmatigüber jedes Maß hinausgehen • alle perken te buiten gaanohne Maß und Ziel • buitensporig, mateloosweder Maß noch Ziel kennen • paal noch perk kennen -
11 Meinung
Meinung〈v.; Meinung, Meinungen〉2 mening, oordeel♦voorbeelden:1 eine vorgefasste Meinung • een vooropgezet standpunt, vooroordeeldie öffentliche Meinung • de publieke opinieanderer Meinung sein • een andere mening hebbender Meinung sein • van mening zijneiner Meinung sein • het eens zijnganz meiner Meinung! • ik ben het er helemaal mee eens!auf seiner Meinung beharren, bestehen • bij zijn mening blijvenmeiner Meinung nach • volgens mijn meningin jemandes Meinung sinken, steigen • in iemands achting dalen, stijgeneine hohe Meinung von jemandem haben • een hoge dunk van iemand hebben -
12 jemanden Maß nehmen
-
13 dire des vérités
-
14 dire son fait à qn.
dire son fait à qn. -
15 jemandem Bescheid stoßen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem Bescheid stoßen
-
16 terdege
♦voorbeelden:iemand terdege de waarheid zeggen • give someone a piece of one's mind -
17 Fraktur
Fraktur〈v.; Fraktur, Frakturen〉♦voorbeelden: -
18 Fraktur mit jemandem reden
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Fraktur mit jemandem reden
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский